Bak 30 g amandelen een paar minuten in een grote droge wok of koekenpan (die gebruik je straks weer) tot ze een beetje knapperig zijn.
2
Snij intussen 1 stuks kleine ui in halve ringen. Laat de amandelen afkoelen op een bordje. Verwarm flink wat olie in de pan en bak de ui tot ze goed glazig is. Voeg wat zout toe. Schil 150 g wortelpeterselie. Snij in dunne halve of kwart maantjes. Bak op middelhoog vuur mee en schep tussentijds om – de ui en wortelpeterselie moeten bruine randjes krijgen!
3
Doe 1 bakje Hollandse pesto in een schaaltje en zet op tafel.
4
Voeg verse olie bij de sjalot en wortelpeterselie en bak 300 g gnocchi op middelhoog vuur ca. 5 minuten mee tot ze mooi bruin en krokant zijn. Past het niet, doe de gnocchi dan in twee rondes. Breng op smaak met peper.
5
Maak intussen de salade. Haal de blaadjes van 1 stronkje witlof af en leg op een mooie schaal. Giet 1 pot bieten af en doe in een mengkom. Meng met 1 el olijfolie extra vierge, ¾ el balsamicoazijn, ½ tl mosterd, peper en zout. Verdeel de bieten over de witlof. Hak de amandelen grof. Hak 1 bosje bieslook fijn. Bestrooi de salade ermee.
6
Eet de pesto bij de gnocchi en serveer de salade erbij.