Schil 500 g aardappelen, snij in stukken en zet op in ruim water met wat zout. Breng aan de kook. Snij 150 g witte kool in dunne sliertjes en leg op de aardappelen als het water kookt. Kook in 15-20 minuten gaar.
3
Snipper intussen 1 stuk gele ui. Verwarm olie in een wok of koekenpan en fruit de ui. Schil 100 g wortel en snij in halve maantjes, voeg toe. Snij 1½ stengels bleekselderij in plakjes en hak 1 teentje knoflook fijn en voeg toe. Bak ca. 5 minuten tot de wortel beetgaar is.
4
Voeg 1 tl paprikapoeder, ½ tl chilivlokken en 1 tl tijm toe, bak kort mee. Blus af met de balsamicoazijn. Voeg de tomatenstukjes en 1 potje witte bonen (met aanhangend vocht) toe. Meng goed door elkaar. Roer er nog een beetje water (ca. 1,5 el bij 2p). Breng op smaak met peper en zout.
5
Hak ½ zakje bladselderij (zonder steeltjes) fijn. Bewaar een klein deel ter garnering en roer de rest bij de bonen.
6
Giet de aardappelen en kool af maar bewaar wat kookvocht(!). Stamp goed fijn en maak smeuïg met kookvocht en een klont boter. Breng op smaak met peper en zout.
7
Schep het bonenmengsel in een ovenschaal. Verdeel de puree over het bonenmengsel.
8
Rasp 100 g kaas en meng met 1 bakje panko in een schaaltje.
9
Verdeel het kaas-panko mengsel over de puree en zet ca. 10 minuten in de oven tot goudbruin en krokant.
10
Bestrooi naar smaak met de overgebleven fijngehakte bladselderij en serveer.