Verwarm de oven voor op 200 graden. Zet een ruime pan water met zout op voor de pasta.
2
Rooster 30 g pompoenpitten in een afdekbare wok of hapjespan tot ze bruinen. Hou ze goed in de gaten. Laat afkoelen op een bordje. Deze pan gebruik je straks voor de groenten.
3
Kook de 150 g spaghetti in 9 minuten al dente. Giet af en bewaar wat kookvocht.
4
Kerf 1 stuk prei in de lengte in en spoel zand er tussenuit. Snij in fijne ringen. Verwijder de onderkant en het loof van 1 stuk venkel en snij in reepjes. Verwarm boter en olie in de eerder gebruikte pan. Roerbak een paar minuten op hoog vuur, het mag wat bruinen, dek af en zet het vuur laag. Laat zachtjes gaar smoren in ca. 10 minuten.
5
Rasp de schil van ½ stuk citroen en pers het sap (ca. 0.5 el voor 2p).
Halveer ¾ stuks rode peper, verwijder de zaadjes en snij in kleine stukjes. Meng ca. 1/4e door ¾ bakje ricotta (tip 2), samen met de citroenrasp en zout en peper.
6
Besmeer 2 portobello’s met olijfolie, peper en zout. Vul ze met het ricotta mengsel en bak ca. 15 minuten in de oven.
7
Check of de venkel en prei gaar genoeg zijn naar je smaak. Hak 2 teentjes knoflook fijn en voeg toe, samen met de rest van de rode peper. Schep een paar keer om, blus af met het citroensap en zet het vuur uit. Breng op smaak met peper en zout.
8
Roer de spaghetti door de groenten in de pan. Voeg eventueel wat kookvocht toe en breng verder op smaak met peper, zout, en een scheut extra vierge olijfolie. Schep als laatste 1 zakje rucola erdoor.
9
Serveer de spaghetti met de gevulde portobello's.
10
Tip 1: Je hebt extra spaghetti gekregen voor grote eters.
Tip 2: Bewaar eventueel een lepel ricotta om later los door de pasta te roeren voor extra romigheid.