Rooster 120 g gierst in een droge steelpan op matig vuur gedurende 4-5 (!) minuten. Blijf erbij, pas op dat ze niet verbranden. Voeg dan 250 ml water en een flinke snuf zout toe en roer goed door. Breng het water aan de kook, doe de deksel op de pan en laat ca. 10 minuten zachtjes koken. Laat daarna afgedekt nog 10 minuten staan.
2
Halveer intussen ½ rode ui en snij in dunne halve ringen. Doe in een kommetje met 2 el rode wijnazijn, 1 tl oregano, peper en zout. Zet weg.
3
Doe ½ bakje yoghurt in een bakje met zout en peper. Pers er eventueel een klein teentje knoflook bij (verwijder zo nodig het bittere groene loofje).
4
Vorm met natte handen pingpongballen van 200 g kipgehakt (zie tip). Druk ze een beetje plat. Bak in een beetje olie gaar en bruin in 6-8 minuten.
Tip: Wil je sneller klaar zijn? Bak dan het kipgehakt rul in een koekenpan met wat olie.
5
Snij intussen 2 stuks tomaten in partjes en ¾ paprika in dunne reepjes. Verwijder de zaadlijsten van ¾ komkommer en snij in halve maantjes. Doe samen in een slakom. Meng vlak voor (!) het serveren de azijn met ui en 1½ el olijfolie extra vierge erdoor.
6
Roer de gierst los met een vork. Hak de muntblaadjes en dille fijn en meng door de gierst, samen met zwarte peper, een scheut olijfolie extra vierge en – indien gewenst – wat jus van de kip.
7
Serveer de kipköfte met de gierst, de salade en een goede schep yoghurtsaus.