Verwarm de oven voor op 220 graden en zet de waterkoker aan.
2
Verwarm olie in een wok. Snipper 1 stuks rode ui en fruit in de pan. Voeg wat zout toe. Hak 1 teentje knoflook fijn en voeg bij de ui als deze glazig is, samen met 1 bakje Dahl specerijen. Schep om en voeg 120 g rode linzen, 250 ml kokend water, ½ groentebouillonblokje en 200 ml kokosmelk toe. Breng aan de kook en laat ca. 20 minuten zachtjes garen.
Tip: Roer regelmatig, want linzen zakken naar de bodem en kunnen zo aanbranden. Als het te dik wordt kan je altijd nog wat water toevoegen.
Goed om te weten:In het specerijenbakje voor 2p zit 0,5 tl mosterdzaad, 0,5 tl kurkumapoeder, 0,5 tl gemberpoeder, 0,5 tl korianderzaad en 1/16 tl chilipoeder.
3
Schil 300 g wortel en snij in Vlaams frietformaat. Doe in een mengkom met olie, ½ tl komijnpoeder, peper en zout en schud om. Verdeel over een met bakpapier beklede bakplaat en bak 15-20 minuten in de oven.
4
Zet 150 g rijst met een dubbele hoeveelheid water en wat zout op en kook zachtjes gaar en droog in ca. 10 minuten.
5
Snij de steel van 1 paksoi in stukjes en het blad in repen. Voeg de steel bij de linzen als ze gaar zijn en warm enkele minuten mee. Voeg als laatst het blad toe en laat even slinken. Breng het geheel op smaak met zout en peper.
6
Serveer de dahl met de rijst en de wortel. Bestrooi met 40 g cashewnoten en serveer er een schepje yoghurt bij.