Bereid de bouillon voor met 500 ml kokend water en 1 groentebouillonblokje. Rasp ½ stuk citroen en pers het sap.
2
Snij 1 stuks ui in dunne halve ringen en fruit in wat olie in een afdekbare wok of hapjespan. Snij 2 stengels bleekselderij in dunne plakjes en voeg toe. Snij 1 stuks rode paprika in vieren en dan in dunne halve maantjes. Bak een paar minuten mee. Voeg 1 tl gedroogde tijm toe. Pers 1 teentje knoflook erbij.
3
Voeg 200 g orzo toe en schep een paar keer om. Blus af met het citroensap (2 el bij 4p). Voeg zoveel bouillon toe dat het net onder staat en wacht tot deze is opgenomen – roer tussendoor. Laat 9 – 11 minuten zachtjes koken tot de orzo gaar is. De bouillon hoeft niet op en het geheel mag een beetje nat en smeuïg blijven. Roer op het laatst de citroenrasp erdoor.
4
Bak 40 g hazelnoten in een droge koekenpan tot ze wat kleuren. Leg op een plank en hak of plet grof. Snij 60 g geitenkaas in stukjes. Smelt een deel daarvan door de orzo en bewaar de rest voor garnering.
5
Spoel 1 potje/blikje kikkererwten af en laat uitlekken. Was 1 zakje rucola en hak grof. Schep samen door de orzo en serveer de achtergehouden geitenkaas en hazelnoten erbij.