Snij 200 g witte kool in zo dun mogelijke sliertjes. Schil en rasp 125 g wortel grof. Doe in een slakom en voeg wat zout toe. ‘Kneed’ minstens één minuut met je handen, dan worden de groenten lekker zacht.
2
Rasp en pers ½ stuk citroen (NB). Maak een dressing van 1½ el olijfolie extra vierge, citroenrasp en -sap en peper. Pers (optioneel) ½ teentje knoflook erbij (verwijder het groene loofje als dat erin zit). Meng door de gemasseerde groenten.
NB: 2p let op! Je gebruikt deze week voor twee gerechten citroenrasp.
3
Snipper 1 stuk sjalot. Verwarm olie in een koekenpan en fruit glazig. Draai van 200 g gehakt 3 à 4 balletjes pp. Voeg de balletjes toe en bak langzaam bruin en gaar in ca. 10 minuten.
Goed om te weten: Het gehakt is gekruid met paprikapoeder, mosterdpoeder, kurkuma, uienpoeder, komijn, koriander, chilipeper, venkel, knoflookpoeder, gember, witte peper, fenegriek, foelie, kardemom. Het gehakt is al gezouten.
4
Doe 125 g couscous met wat zout in een kom en overgiet met kokend water tot ca. 1 cm boven de korrels. Dek af. Roer na 10 minuten los met een vork.
Tip: Heb je nog wat couscous over? Bewaar deze dan voor bij de tajine!
5
Hak 1 bosje koriander en munt fijn. Snij ½ lente-ui in dunne ringetjes. Meng door de koolsalade.
6
Voeg – als de gehaktballetjes gaar zijn – ¾ bakje yoghurt toe aan de pan en warm op laag (!) vuur mee. Let op dat het niet gaat koken, anders gaat de yoghurt schiften.
7
Roer een goede scheut olijfolie extra vierge door de couscous. Breng op smaak met peper en zout. Serveer met de romige balletjes en koolsalade.