1
Verwarm olie (zachtjes) in een afdekbare wok of hapjespan. Snij 2 teentjes knoflook in dunne plakjes en bak zachtjes kort aan. Voeg 200 g orzo toe en schep om tot bedekt met olie. Blus af met 1 el balsamicoazijn gevolgd door ¾ blikje tomatenstukjes. Voeg ca. 2/3e van het het kokende water toe en kruimel 1 groentebouillonblokje erbij. Roer goed door, breng aan de kook, denk af en laat 13-15 minuten gaar koken. Roer tussentijds en voeg indien nodig nog 250 ml kokend water toe.
2
Rooster 20 g pijnboompitten in een grote koekenpan (je gebruikt die straks weer) tot ze bruinen. Hou in de gaten! Doe op een bordje en laat afkoelen.
3
Snij ½ stuks ui in halve ringen. Verwijder loof en onderkant van 1 stuk venkel en snij in plakjes. Verwarm olie in de koekenpan. Bak de ui en venkel op hoor vuur tot ze bruinen. Voeg zout en peper toe.
4
Check of de orzo bijna gaar is. Voeg 150 g spinazie toe en laat slinken (evt. in delen). Voeg indien nodig nog wat kokend water toe.
5
Verkruimel 50 g blauwe kaas in een bakje en zet op tafel.
6
Serveer de orzo met de gebakken ui en venkel en maak af met blauwe kaas en pijnboompitten.